Stella wil met haar auto naar het bos. Als ze de straat uitrijdt, voelt Stella dat de auto last heeft van een onhandelbare bui. Hij is traag als stroop, accelereert nauwelijks en reageert ook niet echt lekker op stuurbewegingen. Om een beetje op te kunnen trekken moet Stella plankgas geven. Schakelen is ook een probleem. Het is niet duidelijk waar alle versnellingen zitten en in welke volgorde Stella die moet gebruiken. Bij het gebruik van de richtingaanwijzer gaan de ruitenwissers aan. Als de auto zo'n dag heeft, kan Stella beter thuis blijven en wachten tot de auto in betere doen is. Maar ze is al onderweg.
Stella neemt een paar bochten en hoop er het beste van. Er is vandaag geen sprake van stuurbekrachtiging, maar van stuurontkenning. Ze herinnert zich een slipcursus waar de instructeur zei: je moet sturen in de richting waar je naartoe wil. Ze werkt hard om haar wil aan de auto op te leggen. Dat gaat niet goed samen met op het verkeer letten en haar route bepalen. Ze dreigt de weg kwijt te raken. De ramen beslaan, de spiegels staan verkeerd, het verkeer is chaotisch, de stoplichten werken niet. Stella komt tot stilstand midden tussen alle andere auto's. Automobilisten toeteren en beginnen haar links en rechts in te halen.
Iemand tikt op het raam van de bestuurdersportier. Stella doet het raam een heel klein stukje naar beneden. Dat lukt ineens wel. Er staat een man voorovergebogen in de auto te kijken. Hij zegt dat hij last heeft van Stella. Ze is een slechte verkeersdeelnemer en hij heeft daar last van. Daarom wil hij geld krijgen van Stella. Hij zegt het heel stellig. 'Sorry,' zegt Stella, 'Kunnen we niet beter de politie bellen, als u echt een klacht over mij heeft?' Ze kan begrijpen dat hij niet blij met haar is, maar ze kan toch niet zomaar geld gaan geven aan mensen die last van haar hebben? Dat moet toch door een onafhankelijke partij worden bepaald? Als burgers zomaar geldbedragen van elkaar gaan eisen, waar houdt het dan op? Het zou beter zijn als een agent haar een boete zou geven. Dan geeft ze geen geld aan die man, maar aan de staat. Stella moet er niet aan denken dat de man zijn hand door het raam zou steken en ze geld in die hand zou stoppen. Dat zou gelijk staan aan hem de hand schudden, en hem toelaten in haar leven. De man blijft aandringen en wil niets horen over de politie. Hij wil geld zien!
Stella besluit niet te betalen, maar weg te rijden. Zo ver mogelijk weg van deze opdringerige man. Ze doet het raam dicht en start haar auto, in de hoopt dat hij nu wel mee wil werken. Ze schakelt naar de eerste versnelling en drukt het gaspedaal helemaal in. Met alle kracht die ze in zich heeft, lukt het Stella de auto in beweging te zetten. Langzaam, maar steeds iets sneller, rijdt Stella weg van de man die geld wil, met bonzend hart en het stuur veel te strak in haar handen.