Ik las over uitstelgedrag. 20 procent van de mensen zou lijden onder chronisch uitstelgedrag. De hele dag bezig met van alles en nog wat, maar dat wat moet gebeuren (bellen naar een instantie, iets regelen voor je werk, een kadootje kopen voor je geliefde, de verhuisdozen nu eindelijk eens uitpakken) dat komt er niet van.
Zelf ben ik van het consciëntieuze slag: altijd netjes ruim voor deadlines zaken geregeld willen hebben, want tijdsdruk is niet bevorderlijk voor mijn gemoedsrust. Bovendien blijven onafgemaakte klussen hinderlijk in mijn hoofd ronddwalen. Dus alle tactieken voor het toch afkrijgen van klussen waar je geen zin in heb, daar ga ik maar geen boek over lezen.
Voor het maken van kunst, en voor andere processen die geen haast verdragen, is uitstelgedrag vaak uiterst heilzaam. Dan is het geduldgedrag. Creativiteitkoesterende ontvankelijkheidsbevorderende fingerspitzengefühlverhogende maar nog ongerichte aandacht. Het heeft geen enkele zin om voortijdig een idee met de keizersnee ter wereld te brengen. Ideeën moeten rijpen. Dat kost tijd. Creatieve beslissingen worden niet met de ratio genomen, maar met intuïtie.
Dat zeg ik nu makkelijk (na heel veel versies van dit stukje), maar dat wil niet zeggen dat het altijd lukt om die afstemming te vinden. Het overkomt me vaak genoeg dat iets niet lukt. Bijvoorbeeld een beeld. Het wil niet echt iets worden. Ik had iets prachtigs voor ogen, vagelijk, maar het wordt een gedrocht. Ik leg het weg. Ik weet niet wat ik er mee moet. Ik heb er wel een mening over. Er mankeert van alles aan. Niet alleen aan dat beeld, maar ook aan mij, want ik kan kennelijk niet gewoon dat beeld afmaken. Eigenlijk wil ik op afroep iets moois en goeds maken. Maar onder dwang is creativiteit zo verschwunden. Dan maar loslaten en er morgen, volgende week of over een jaar bij terugkeren. Misschien weet ik dan meer.
En oja, zomaar iets doen en dingen laten mislukken wil ook nog wel eens helpen. Dat kan nieuwe aanknopingspunten bieden.
Dat doet me denken aan de anekdote die ik heb gehoord (van wie weet ik niet) over een schilder (welke weet ik niet, vast een oude meester) die een schilderij maakte van een schuimbekkende stier (of het was een heel ander beest dat bezweet was of iets dergelijks). Het lukte maar niet om dat schuim goed op het doek te krijgen. In een moment van frustratie en woede gooide de schilder een spons (of iets heel anders) met verf eraan naar het schilderij. En verdomd, het gewenste effect is ineens bereikt!
Dus samenvattend: geen haast, maar geduld, aandacht vasthouden, regelmatig iets uitstellen en af en toe iets laten mislukken. Komt het allemaal goed, hoop ik. Zo niet, dan toch.