Ik sta in de buitenlucht aan mijn beeld te werken met een rasp gemonteerd op de haakse slijper. Het is stoffig werk en daarom doe ik het niet meer binnen, maar in de buitenruimte bij mijn werkplaats. De rasp is een schijf van tien centimeter doorsnee die heel vlot vormen kan raspen uit het blok hout. Of hout, het is een blok van vele lagen multiplex die op elkaar zijn gelijmd. Ik sta daar met een halfgelaatsmasker met filters tegen het stof, een veiligheidsbril en gehoorbescherming. En ik heb vier lagen vesten en jassen aan, zodat ik het niet koud krijg bij vier graden celsius.
Regelmatig neem ik even afstand en kijk of mijn raspen het juiste effect heeft, of de vorm die ik zoek al wat duidelijker wordt. Een man, die ik eerder vandaag in de weer heb gezien met de elektra in het bedrijfsverzamelgebouw komt naar buiten en rookt even een sigaretje. Met de sigaret in zijn hand loopt hij in mijn richting en kijkt wat ik aan het doen ben.
Er ontstaat een minimalistisch gesprek:
Oh, dat is geen steen, zegt hij.
Nee, dat is hout.
Het is een zwaan, zegt hij.
Nee, het is geen zwaan.
Oh, het is een vrije vorm, zegt hij.
Ja, zeg ik, dat kun je zo noemen.
Dat is wel fijn, zegt hij, dan kun je nog eens een fout maken.
Hij kijkt naar de haakse slijper die ik even op de bijbehorende opbergdoos heb gelegd. Hij voelt met zijn duim aan de raspschijf.
Wat is dat dan?, zegt hij.
Dat is een raspschijf, zeg ik.
Dat noemen wij een aanpassing, zegt hij.
Dat was het hele gesprek. Wat leren we hier uit?
-Een mens kan een gesprek voeren door bijna uitsluitend te spreken in conclusies die voor de gesprekspartner niet te volgen zijn.
-Van een afstandje kun je denken dat iets steen is, maar als je dichterbij bent kan het toch hout blijken te zijn.
-Een raspschijf is een aanpassing van een oorspronkelijk concept naar een nieuw concept, in ieder geval in de ogen van een groep mensen waartoe deze man zich rekent. Hij zegt tenslotte 'dat noemen wé een aanpassing'. Hij verkondigt een meerderheidsopvatting. Iets dat algemeen bekend is, alleen ik weet het nog niet.
-Als ergens een bocht in een slanke vorm zit dan is het waarschijnlijk een zwaan. Maar het kan ook een vrije vorm zijn.
-Een vrije vorm is makkelijker dan een vorm naar een voorbeeld. Dat is goed om te weten.
Ik noem mijn beelden nooit vrije vormen, maar kon me zo gauw niet onttrekken aan de voorgestelde benaming. Wat ik maak hoeft niet op een zwaan, hond of eekhoorn te lijken. Ik zoek wel zo vrij mogelijk, maar ik zoek geen vrije vorm. Ik zoek een vastomlijnde, hele specifieke vorm. Ik weet alleen niet van tevoren hoe die eruit moet zien.
Ach, zou ik maar vrije vormen maken, dan zou ik al fouten makend de perfectie van de vormeloosheid kunnen genieten. Wat stelt het voor? Het is een vrije vorm. Punt.